Erfelijke multipele endocriene neoplasie type 2 (MEN-2)
Gerelateerde onderwerpen
Inleiding
Klinisch-diagnostische criteria
Een combinatie van het medullair schildkliercarcinoom (MTC), feochromocytoom en hyperparathyreoidie. Drie subtypen: MEN 2A, MEN 2B, en Familiair MTC (FMTC). Zelden: combinatie van MEN 2 met Ziekte van Hirschsprung of met lichen amyloïdosis van de huid.
Subtype |
Tumortype, % patiënten met de tumor |
|||
Medullair schildkliercarcinoom | Feochromocytoom | Bijschildklieradenoom/-hyperplasie | ||
Men 2A | 90-100% | 50% | 20% | |
Men 2B* | 90-100% | 50% | 0% | |
FMTC | 90-100% | 0% | 0% | |
*met slijmvliesneurinomen, verdikking van de lippen, marfanoïde habitus, intestinale ganglioneuromas |
Overervingspatroon
Autosomaal dominant
Prevalentie
Zeldzaam, ongeveer 50 families in Nederland bekend.
Kliniek
Het kenmerk van MEN 2 is multicentrale hyperplasie van de Parafolliculaire/C-cellen, de voorloper van MTC. Indien de patiënt niet onder controle is, wordt MTC meestal in een vergevorderd stadium vastgesteld tussen 40- en 50-jarige leeftijd. Bij screening wordt MTC soms al op de kinderleeftijd vastgesteld. MTC gaat gepaard met een verhoogd calcitonine-gehalte in het serum.
Genetische basis
RET-proto-oncogen (chromosoom 10) (exonen 10, 11, 13 t/m 16), de novo <5% MEN2A en 50% MEN2B, cave mozaïcisme.
DNA-diagnostiek
Mutatiedetectie: 98%.
Beleid
- DNA-diagnostiek:
Mutatie-analyse bij patiënt. Is ook geïndiceerd bij sporadisch MTC onafhankelijk van de leeftijd en bij sporadisch feochromocytoom <50 jaar. Indien mutatie bekend: voorspellend DNA-onderzoek op de vroege kinderleeftijd (0-5 jaar) afhankelijk type mutatie. - Preventieve maatregelen:
Profylactische operatie (totale thyroidectomie met centrale halsklierdissectie) bij RET-mutatiedragers op de vroege kinderleeftijd. Optimale leeftijd van operatie is afhankelijk van de RET-mutatie. - Algemeen:
MEN2 is een complex en variabel ziektebeeld. De inzichten in periodieke controle en behandeling veranderen snel. Diagnostiek, follow-up en behandeling dienen in een gespecialiseerd centrum plaats te vinden. Gezien het gevaar van hypertensieve crises in geval van een feochromocytoom dient in ieder geval pre-operatief (endocrinologisch) onderzoek plaats te vinden en dient de patiënt medicamenteus op de operatie voorbereid te worden.
Risico categorie | RET genotype (mutatie codon) | Aanbevolen leeftijd chirurgie |
Hoogste risico | bij MEN 2B; codon 883, 918 en 922 | tijdens eerste levensjaar |
Intermediate risico | codon 609, 611, 618, 620, 630, 634 en 804 | tussen 2 en 4 jaar |
Laagste risico | codon 533, 666, 768, 790, 791 en 891 | onder 6 jaar |
Periodiek onderzoek naar feochromocytoom vanaf 5 jaar: jaarlijks bepaling in bloed van creatinine en (nor)metanefrine (alternatief is meting van metanefrines in 24-uurs urine) | ||
Periodiek onderzoek naar hyperparathyreoidie vanaf 10 jaar: jaarlijks bepaling van serum (geïoniseerd) calcium |
Richtlijn MEN-2 |
Bron
www.oncoline.nl