Home > Ziektebeelden > Traumatologie > Schouder >

Scapulafractuur

Mechanisme

Directe krachtwerking op de schouder.

 

Diagnose

Kliniek

Zwelling en pijn thv. schouderblad cq schouder. Soorten fracturen: scapulabladfractuur, scapulahalsfractuur, glenoidfractuur, acromionfractuur, coracoidfractuur.

Radiologie

X-scapula (lateraal en AP). Indien het glenoid in beeld gebracht moet worden, dan kan initieel een X-schouder (AP) worden overwegen. Indien dan nog onvoldoende in beeld gebracht, dan een CT-glenoid.

 

Behandeling

Conservatief

(bijna altijd)

Indicatie

1. scapulabladfractuur (geen of milde dislocatie).
2. scapulahalsfractuur (geen of milde dislocatie).
3. glenoidfractuur (geen of milde dislocatie).
4. coracoidfractuur (alle).
5. acromionfractuur (geen of milde dislocatie).

Behandeling

Mitella en mobiliseren ogv. pijnklachten.

Nabehandeling 

Poli 2 en 6 weken.


Operatie

 

Indicatie

  • Scapulabladfractuur (met forse dislocatie met veel pijn).
  • Scapulahalsfractuur (met forse dislocatie).
  • Glenoïdfractuur (met forse dislocatie en/of schouderluxatie).
  • Acromionfractuur (met forse dislocatie).

Behandeling

Collar & cuff durante 3 weken en mobiliseren ogv. pijn.

Nabehandeling 

Poli 1,3 en 6 weken.

 

 

Complicaties

  • Frozen shoulder.

Bron

  1. Letsels van het steun- en bewegingsapparaat. 1ste editie. Van der Werken 2000.
  2. Rockwood fracture in Adults. 5de editie. Buchholz en Heckman 2001.
  3. Het protocol letsels van het steun- en bewegingingsapparaat. Traumaregio Oost UMCN Radboud 2006.
  4. Wheeless CR. Wheeless' Textbook of Orthopaedics 2007.
  5. Wood MB, Berquist TH: The hand and wrist. In: Imaging of Orthopedic Trauma. 1992; 749-870.
Laatste update: 30-01-2014